Levende tuinen
Groene, levende tuinen helpen enorm in het bestrijden van wateroverlast en hittestress. En dat niet alleen! Een groene tuin is gezond, goed voor de biodiversiteit en bovendien ontzettend mooi. Op deze pagina lees je hoe je met een gezonde bodem en door goede plantkeuzes kunt bijdragen aan de biodiversiteit.
Een gezonde bodem
Een levende tuin begint bij een gezonde bodem. Door niet te spitten bescherm je plantenwortels en schimmeldraden die belangrijk zijn voor een gezonde bodem. Bedek de bodem van je tuin verder zo veel mogelijk met beplanting of mulch (organisch materiaal zoals bladeren of houtsnippers). Onkruid krijgt hierdoor veel minder kans en de bodem droogt minder snel uit. Daarnaast creëer je zo schuilplaatsen voor allerlei dieren. Ten slotte zorgt mulch voor een gezondere bodem omdat het plantmateriaal verteerd en omdat regenwormen het materiaal omzetten in mest. Lees ons infoblad over een gezond bodemleven voor meer informatie.
Plantkeuze
Om zo veel mogelijk dieren in je tuin te krijgen is er vooral één ding belangrijk: veel variatie in je beplanting. Voor zowel vlinders als voor bijen is het daarnaast belangrijk om planten met verschillende bloeimomenten te kiezen. De vlinderstichting geeft meer informatie over goede vlinderplanten. In hun top 5 staan ijzerhard (verbena), kattenkruid, struikveronica, vlinderstruik en phlox. Milieu Centraal maakte daarnaast een kalender voor een bijvriendelijke tuin. Als je meer bijen aan wilt trekken kun je ook informatie opvragen bij Arnhem zoemt.
Ook voor vogels is variatie in je beplanting prettig, want door alle insecten die hierop afkomen hebben vogels voldoende te eten. Naast voedsel vinden vogels het prettig om zich te kunnen verschuilen. Bomen, klimplanten en hagen zijn hier erg geschikt voor. Hierin kunnen vogels ook hun nesten bouwen. De vogelbescherming heeft een overzicht van vogelvriendelijke planten om je verder op weg te helpen. Ze hebben ook een webwinkel waar je veel van deze planten aan kunt schaffen.
Water
Een vijver trekt dieren als vogels, salamanders en libellen aan. Salamanders en libellen eten muggenlarven, wat in de zomer een fijne bijkomstigheid is. Is je tuin te klein voor een vijver, dan is een ondiepe schaal met water ook al voldoende. Om meer water in je tuin te krijgen kun je de regenpijp afkoppelen en het water via bijvoorbeeld een goot of greppel naar een vijver of wadi laten stromen. Zo hoef je ook minder vaak te sproeien én het geeft een mooi effect in je tuin.
Winter
In de winter kun je een aantal maatregelen nemen om van je tuin een fijne schuilplaats voor dieren te maken. Laat bladeren op de grond liggen (niet op het gazon/terras). Dit trekt dieren zoals egels aan. Voor egels is het daarnaast prettig als ze zich tussen tuinen kunnen bewegen. Een opening van 15x15cm is hiervoor voldoende. Je kunt ook een egelhuis bouwen of kopen. Bekijk de folder van Andere Arnhemmers voor meer egelvriendelijke tuintips. Heb je snoeiafval? Maak dan een takkenmuur. Ook hier kunnen veel dieren zich in verschuilen. Koop vogelvoer (zonder netje) of leg pinda’s en zonnebloempitten in je tuin. Ook een nestkastje kan vogels de winter doorhelpen.
Inspiratie
Je kunt inspiratie opdoen voor het vergroenen van je omgeving bij buurttuinen zoals permacultuurtuin de Korenmaat, de Vlindertuin, het Arnhems Labyrint of de buurtnatuurtuinen in het Spijkerkwartier. Kijk op onze projectkaart voor deze en meer inspirerende Arnhemse projecten. Voor meer informatie over biodiversiteit in de tuin lees je ons infoblad of bekijk je de infographic van Intratuin.